Vaststelling van de sectorale voorwaarden voor windturbines

De Vlaamse Regering stelde op 7 juli 2023 een besluit vast met sectorale milieuvoorwaarden , die van toepassing zijn op alle vergunningsplichtige en meldingsplichtige inrichtingen voor het opwekken van elektriciteit door middel van windenergie in Vlaanderen. Dit besluit werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 17 juli 2023. 
Met dit besluit stelt de Vlaamse Regering sectorale milieuvoorwaarden voor windturbines vast om de mogelijke milieuhinder ervan voor omwonenden te voorkomen of te beperken. Concreet gaat het om de slagschaduw-, veiligheids-, en geluidsaspecten van de exploitatie van windturbines uit rubriek 20.1.6 van de indelingslijst die bij titel II van het VLAREM is gevoegd. 
In een plan-MER zijn de mogelijke effecten van deze sectorale voorwaarden op mens en milieu onderzocht. Team Omgevingseffecten (team Mer) keurde het plan-MER goed op 21 april 2023. 
Waarom een plan-MER?
In een arrest van 25 juni 2020 in de zaak C-24/19 oordeelde het Europees Hof van Justitie dat het besluit dat de sectorale voorwaarden voor windturbines in titel II van het VLAREM (afdeling 5.20.6) invoerde en de omzendbrief RO/2006/02 inzake windturbines (onder voorbehoud van verdere beoordeling van de juridische aard van deze omzendbrief door de Raad voor Vergunningsbetwistingen) plan-m.e.r.-plichtig zijn.Dit arrest kwam er nadat de Raad voor Vergunningsbetwistingen een aantal prejudiciële vragen had gesteld aan het Europees Hof. De Raad moest zich uitspreken over een beroep dat werd ingesteld tegen de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning voor de bouw van 5 windturbines. In dit beroep wordt gesteld dat deze vergunning onwettig is omdat zij gebaseerd is op de vermelde sectorale voorwaarden voor windturbines en de vermelde omzendbrief, en dat die niet verenigbaar zijn met de plan-m.e.r.-richtlijn (2001/42/EG). Voor deze regelgeving had volgens de indieners van het beroep een milieueffectrapportage moeten gebeuren.   Het Europees Hof van Justitie oordeelde dat de invoering van de sectorale voorwaarden voor windturbines in titel II van het VLAREM een “plan of programma” vormt in de zin van de plan-m.e.r.-richtlijn. Voorafgaand aan de invoering moesten deze sectorale voorwaarden dus aan een milieubeoordeling onderworpen worden.

Wat de omzendbrief betreft, stelt het Hof dat het finaal aan de Raad voor Vergunningsbetwistingen toekomt om de kenmerken ervan te bepalen en te oordelen of deze omzendbrief al dan niet onder het begrip “plannen en programma’s” valt.
 

Validatiedecreet
Door het arrest van het Europees Hof van Justitie bestond het risico dat een rechter deze Vlaamse sectorale voorwaarden voor windturbines onwettig zou verklaren en op basis van artikel 159 van de grondwet buiten toepassing zou laten.Dit risico zou een fundamentele rechtsonzekerheid meegebracht hebben voor zowel de initiatiefnemers van windturbineprojecten als voor de omwonenden.  Bovendien zouden ook de doelstellingen voor hernieuwbare energie en de bevoorradingszekerheid van elektriciteit in het gedrang worden gebracht.Als oplossing voor deze rechtsonzekerheid heeft het Vlaams Parlement een validatiedecreet aangenomen: het decreet van 17 juli 2020 tot validering van de sectorale milieuvoorwaarden voor windturbines. Het validatiedecreet heeft kort samengevat de volgende inhoud:
  • De sectorale windturbinenormen in afdeling 5.20.6 van titel II van het VLAREM worden geldig verklaard 
    • vanaf hun inwerkingtreding;
    • tot er nieuwe sectorale windturbinenormen worden vastgesteld, nadat een milieueffectenbeoordeling is gebeurd;
    • voor maximaal 3 jaar nadat het validatiedecreet in werking is getreden.
  • De omzendbrief EME/2006/01 RO/2006/02 wordt geldig verklaard vanaf 
    • de datum van inwerkingtreding ervan
    • tot de datum waarop omzendbrief RO/2014/02 van 25 april 2014 betreffende een afwegingskader en randvoorwaarden voor de oprichting van windturbines in werking trad. Deze omzendbrief heft immers de omzendbrief van 2006 op.
  • De Vlaamse Regering moet nieuwe sectorale normen opstellen voor windturbines.  Voor deze normen moet vooraf een milieueffectbeoordeling gebeuren. Bovendien moeten ze uiterlijk binnen 3 jaar na de datum van publicatie van het Validatiedecreet in werking treden. 

Deze bepalingen zijn opgenomen in afdeling 6 van Titel V van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM). Ze traden in werking op 24 juli 2020, de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Bij het Grondwettelijk Hof werd tegen dit decreet een procedure opgestart waarbij de schorsing en de vernietiging van het decreet werd gevraagd. Het Grondwettelijk Hof heeft het verzoek tot schorsing verworpen (arrest nr. 30/2021 van 25 februari 2021). 

Tot er nieuwe sectorale normen voor windturbines zijn, kunnen de vergunningverlenende overheden de huidige, geldig verklaarde, sectorale normen voor windturbines toepassen.
 

Opmaak plan-MER en Besluit van de Vlaamse Regering (BVR)
De kennisgeving heeft ter inzage gelegen van 15 december 2021 tot en met 12 februari 2022. Rekening houdende met deze kennisgeving, met de inspraakreacties en adviezen van overheidsinstanties nam team Omgevingseffecten (team Mer) een beslissing over de richtlijnen. De kennisgeving en de richtlijnen vindt u op omgeving.vlaanderen.be/mer-dossierdatabank terug, met als dossiernummer ‘PL0277’ met ‘plan-MER’ aangevinkt.Op basis van de richtlijnen heeft het team van onafhankelijke MER-deskundigen het ontwerp-plan-MER opgesteld. Rekening houdend met de conclusies van het ontwerp van plan-MER keurde de Vlaamse Regering op 28 oktober 2022 het ontwerp van het besluit, dat sectorale voorwaarden voor windturbines uit rubriek 20.1.6 van de indelingslijst vastlegt, voor de eerste keer principieel goed. Deze sectorale voorwaarden handelen over de slagschaduw-, veiligheids-, en geluidsaspecten van de exploitatie van windturbines. 

Dit ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering werd samen met het ontwerp-plan-MER tijdens een openbaar onderzoek van 22 november 2022 tot en met 20 januari 2023 ter inzage van het publiek gelegd. 

Het definitieve plan-MER werd goedgekeurd door team Omgevingseffecten op 21 april 2023. 

Op 5 mei 2023 vond de tweede principiële goedkeuring plaats van het ontwerpbesluit door Vlaamse Regering, waarna het advies van de Raad van State aangevraagd werd. 

Op 7 juli 2023 keurde de Vlaamse Regering het besluit definitief goed. De publicatie in het Belgisch Staatsblad geschiedde op 17 juli 2023. Het besluit treedt in werking op 23 juli 2023. 

Contact